Regisseur Jean-Pierre Jeunet heeft met Amélie (die deel uit maakt van de IMBD top 250) laten zien dat hij in staat is een dromerige, “bijna sprookjes” wereld te creëren met bijzondere karakters, waarbij de kijker meegeniet en aan het einde van film met een voldaan gevoel zit. Met Micmacs probeert hij deze formule nogmaals toe te passen.
Het hoofdpersoon van Micmacs is Bazil (Dany Boon), een filmfreak die in een videotheek werkt. Zijn vader is toen hij jong was overleden toen hij op een landmijn trapte en wanneer Bazil ook met wapens in aanraking komt tijdens z’n werk waardoor hij alles kwijtraakt beland hij op straat. Hij wil wraak en komt per toeval in contact met een excentrieke groep personen die op een “junkyard” wonen. Bazil is er op gebrand wraak te nemen op de twee wapenleveranciers die verantwoordelijk zijn voor de dood van zijn vader en de situatie waarin hij zich bevind. Met behulp van de kennis in de groep verzint hij een uitgebreid plan om ze terug te kunnen pakken.
Wanneer dit een Koreaanse film zou zijn geweest zou dit natuurlijk een zeer gewelddadige film geworden zijn, maar Jeunet maakt er bijna een soort kinderfilm van. De karakters hebben allemaal vreemde trekken (eentje is heel erg lenig, eentje is goed met rekenen, een ander kan de meest fantastische dingen uit afval maken etc) en de groep voelt aan als een familie. Samen pakken ze het geheel dan ook aan waardoor ze in vreemde situaties komen.
De sfeer in de film is surrealistisch. Alhoewel het geheel zich in een echte stad afspeelt zijn de kleuren zo aangepast dat je er hetzelfde gevoel bij krijgt als bij het eerder genoemde Amélie. De film bevat naast wat spanning ook genoeg leuke dingen waardoor het geheel voor zowel jong als oud boeiend is. Alhoewel Micmacs niet het nivo van Amélie haalt biedt de film een leuk en luchtig verhaal dat zeker de moeite waard is.