Hoe zou je je voelen wanneer je naar een museum zou gaan waar je een hoop prachtige dingen ziet, maar waarbij er geen bordjes staan? Je zou niet weten wie een bepaald schilderij gemaakt heeft of wat het verhaal is achter een prachtig gesneden houten vork. Zou het je lukken om van dat museumbezoek te genieten of zou je heel snel niet meer geïnteresseerd zijn? Dat is de vraag die bij mij naar boven kwam toen ik Samsara zat te kijken, dat het best kan worden beschreven als een documentaire die de kijker meeneemt op een reis rond de wereld. Regelmatig heb je echter geen idee waar in de wereld dat is.
De film is opgenomen in 25 verschillende landen gedurende 5 jaar en biedt de kijker een gevarieerd menu aan. Het laat zien hoe Tibetaanse monniken een zandschilderij maken, wat de schade is die de oorkaan Katrina aangericht heeft of de pracht van natuurlijke landschappen, maar het biedt nog heel veel meer. Samsara betekent “constante stroom” en dat is precies wat deze film is. Er is geen verhaal waar je je aan vast kunt klampen, geen specifieke themas en geen climax aan het einde. Het zijn simpelweg prachtige beelden die worden ondersteund door (wat ik het best kan beschrijven als) new age muziek.
Tijdens de eerste 40 minuten bleef ik mezelf afvragen waar deze documentaire nu over ging. Ik wilde meer informatie, een verhaal. Wat had het nog meer te bieden dan wat mooie plaatjes en meditatiemuziek? Ik zat te overwegen om de film te stoppen, maar na die eerste 40 minuten stopte dat denkproces en pakte de film me. Het was alsof het me als een mot naar een vlam trok, niet langer nadenkend over wat ik zag en het gewoon over me heen laten komen. Toen Samsara eindigde moest ik toegeven dat ik er van had genoten. Het is niet iets waar iedereen van zal kunnen genieten of kunnen waarderen, net zoals dat het geval zou zijn in een museum zonder bordjes. Toch wist ik van het geheel te genieten door puur te kijken naar wat ik zag: Mooie en hypnotiserende beelden.