Toen ik recent de film A Pigeon Sat on a Branch Reflecting on Existence van Roy Anderson zag was dat een ervaring die uniek was. Elke scene was gefilmd vanuit een vast standpunt, zonder camerabewegingen en wat er voor die camera gebeurde was vaak bizar, zelf surreëel. Zo zie je niet vaak in de huidige tijd een leger van enige eeuwen geleden een bar inlopen als voorbereiding op een veldslag of laat een film het leven van twee verkopers van fopartikelen zien. Alhoewel de film hier en daar terugkerende karakters en dialogen had, was de structuur onconventioneel. Een film die je weer eens anders naar het medium laat kijken. Ik wist toen nog niet dat die film de derde was in een trilogie die begon met deze film, Songs from the Second Floor.
Die surreëele inslag is op dezelfde wijze aanwezig en ook hier beweegt de camera, op één uitzondering na, niet. Er is wel iets meer van een verhaal aanwezig dat regelmatig door de verschillende tableaus verweven zit. Zo volgt de kijker een meubelverkoper die z’n winkel in brand heeft gestoken en probeert iets nieuws op te zetten terwijl hij ook nog problemen heeft met een zoon die gek is geworden van het schrijven van gedichten. De personages in de film zien er vaak onnatuurlijk uit, met zeer bleke gezichten waardoor je je als kijker nooit helemaal op je gemak voelt.
De film straalt een sfeer van depressie uit, een gevoel over de huidige maatschappij en laat het aan de kijker om daar een uitleg aan te geven. Het is geen film die makkelijk wegkijkt, maar zeker de moeite waard is doordat het anders is. De film bevat regelmatig humor, maar die is vooral erg donker en tragisch. Elk shot is prachtig opgebouwd en door de plaatsing en verplaatsing van karakters op de achtergrond weet Anderson je regelmatig te verbazen. De film is in vergelijking met “A Pigeon…” niet veel anders, maar als je die film hebt kunnen waarderen, dan is deze ook een aanrader.
Pingback: Recensie: A Swedish Love Story (1970) - De Filmkijker