Stephen King is één van de beste schrijvers waarvan veel van z’n werk verschillende keren verfilmd is. Dit zijn de tien beste films die gebaseerd zijn op het werk van Stephen King.
10. Thinner (Tom Holland, 1996)
De onderschatte parel in het Stephen King-film canon. Tom Holland, regisseur van het net zo goede Fright Night, neemt hier de regie op zich. Thinner gaat over hebzucht en arrogantie met als bonus zwarte magie. Billy Halleck, een advocaat uit de voorsteden, rijdt met zijn auto over een oude zigeunervrouw omdat hij afgeleidt wordt door zijn vrouw, die hem oraal aan het bevredigen is. Twee van Billy’s vrienden, die zich hoog in de strafrechtelijke voedselketen bevinden, helpen hem om vervolging te vermijden. De vader van de vrouw raakt zijn gezicht aan waardoor hij wordt vervloekt. De vloek zorgt er voor dat Billy (die veel overgewicht heeft) afvalt, ongeacht wat hij eet. Terwijl hij last krijgt van gewichtsverlies beginnen de lichamen van zijn twee vrienden ook snel slechter te worden nadat ze door de oude man vervloekt zijn. Eén van hen pleegt zelfmoord. Billy realiseert zich snel dat hij gewicht zal blijven verliezen totdat hij niets meer is dan een skelet, dus moet hij de oude man opzoeken om de vloek om te keren.
Thinner zit vol met King’s donkere humor samen met een aantal echt enge momenten. De film werd door critici opzij geschoven toen het uitkwam en krijgt nog steeds niet de erkenning die het verdient, maar het is een leuke thriller met een fantastisch uitgangspunt en leuke rol van bad-boy Joe Mantegna.
9. The Dark Half (George A. Romero, 1993)
George A. Romero werd gekozen om Stephen King’s zeer vermakelijke boek The Dark Half te verfilmen. Het verhaal gaat over het pseudoniem van een schrijver die een eigen leven gaat leiden en de echte schrijver probeert te vermoorden. Stephen King schreef diverse verhalen als Richard Bachman (waaronder The Running Man) en speelt met het idee dat een pseudoniem een eigen entiteit wordt en respect probeert te krijgen van de echte persoon. Hiermee maakt King donkere grappen over zichzelf – de literaire respectabele status als auteur tegenover de verleiding van pulp horror fictie.
In de film heeft schrijver Thad Beaumont een carrière weten te maken door te schrijven onder de naam George Stark. Wanneer hij besluit zich niet langer te associeren met die naam komt hij er achter dat z’n alter-ego een menselijke vorm heeft aangenomen om zijn rol in Thad’s creatieve uitingen te beschermen. Thad moet proberen om zowel zijn familie als zichzelf te beschermen van de moordlustige Stark. Timothy Hutton brengt de karakters tot leven.
8. Silver Bullet (Daniel Attias, 1985)
Silver Bullet is gebaseerd op Stephen King’s boek Cycle Of The Werewolf, waarin het Marty Coslaw (die in een rolstoel zit) opvalt dat er misschien een mythische reden is waarom er in z’n dorp, Tarker’s Mills, gewelddadige bloederige moorden plaats vinden. Door een zeer vervelende voice-over door zijn zus (een King-eigenschap die er niet in had moeten zitten) krijgen de kijker een interessant weerwolfsverhaal te horen dat King z’n donkere humor precies combineert met de ruwe kant van de menselijke psyche, met een redelijk inventieve draai aan de mythe van de weerwolf. De film doet dit door de supermenselijke kracht van het schepsel tegen het jeugdige, maar lichamelijk gehandicapte kind neer te zetten. Eén van de meest aantrekkelijke aspecten van de film is hoe regisseur Daniel Attias King z’n gevoel van een gemeenschap en het idee van de krijgswetgeving van het verhaal, combineert met een John Carpenter-stijl mentaliteit, waarbij de lokale bevolking het heeft in eigen handen neemt.
Silver Bullet neemt zichzelf niet serieus en King’s humor is regelmatig grappig omdat Attias het op zo’n subtiele manier brengt. Wanneer de lokale bevolking op jacht gaat naar de weerwolf lijkt het alsof de schrijver en regisseur spelen met de gebruikelijk elementen van zo’n verhaal zonder dat het cliché wordt. Er is een duidelijk gevoel dat de film subversief grappig wordt door middel van zijn subtiele humor. De film steekt boven de middelmatigheid uit door zijn vreemde gevoel voor humor dat bloedserieus wordt neergezet – waar zou je anders een supersnelle rolstoel zien die achtervolgd wordt door een auto?
7. Christine (John Carpenter, 1983)
Veel gerenommeerde regisseurs hebben met Stephen King’s romans als bronmateriaal gewerkt voor hun films. In het horror genre zijn er maar weinig die zoveel respect hebben als John Carpenter. Voor Carpenter was Christine zijn poging om een King-roman aan te passen voor het grote scherm. Het is een verhaal over een Plymouth Fury uit 1958 die min of meer tot leven komt en moorddadig is. Jaren later, wanneer de auto wordt gekocht door high school tiener Arnie Cunningham, ontstaat er tussen de auto en de jongen een vreemde vriendschap. Arnie wordt geobsedeerd door de auto waardoor er een kloof tussen hem en zijn familie en vrienden ontstaat. Maar de auto lijkt hem toch goed te doen. Arnie ontwikkelt een zelfverzekerdheid die hij niet eerder had waardoor hij wraak kan nemen op de scholieren die hem eerder plaagden. Het duurt niet lang voordat hij volledig wordt overweldigd door de kracht die het hem geeft.
Met Carpenter als regisseur is deze aanpassing van Stephen King donkerder dan de meeste. Het is voorzien van een geweldige soundtrack en geeft een interessante draai aan het concept van de tiener die wraak neemt. Christine is niet de beste roman van King, maar Carpenter’s vaardigheid als verhalenverteller zorgt er voor dat de filmversie van Christine zo vermakelijk is.
6. The Dead Zone (David Cronenberg, 1983)
David Cronenberg neemt de teugels in handen om Stephen King’s boek The Dead Zone naar het scherm te brengen. Hij verplaatst het verhaal van de film naar de winterse koude dagen en nachten van de Canadese voorsteden, een perfecte achtergrond voor het bleke bestaan van Johnny Smith (Christopher Walken).
Smith is in een coma na een ernstig auto-ongeluk. Hij ontwaakt en ontdekt dat hij geen gebroken botten of verwondingen heeft, maar ontdekt al snel dat de reden hiervoor is dat hij vijf jaar in coma lag. Zijn geliefde vriendin is getrouwd en heeft een kind gehad. Als Smith zichzelf probeert te acclimatiseren aan het normale leven, komt hij er achter dat hij een gave heeft ontwikkeld waarmee hij in het verleden, heden en de toekomst van mensen kan kijken. Wanneer hij toevallig de Amerikaanse senatoriële kandidaat Greg Stillson (Martin Sheen) ontmoet, ziet hij dat dat de man president van de Verenigde Staten zal worden, maar ook dat hij een nucleaire aanval tegen Rusland zal uitvoeren. Het betekent een kernwapenoorlog. Hij besluit dat hij Stillson moet vermoorden om een wereldwijde ramp te voorkomen.
Het is een geweldig verhaal en één van King’s briljante vroege romans. Het was duidelijk dat dit een geweldige film zou kunnen worden en Cronenberg lukt dat. Dit is één van Cronenberg’s meest toegankelijke films, met een sterke centrale rol van Christopher Walken.
5. Stephen King’s It (1990)
Stephen King’s briljante roman It liet de horror maestro op zijn best zien. Hij balanceerde kinderlijke onschuld en avontuur met nachtmerrieachtige horror, voortgekomen uit de diepten van hun eigen verbeelding. Als je een paperback van meer dan duizend paginas’s om wil zetten in een drie uur durende film, dan is dat een moeilijke taak. Als je echter naar het uiteindelijk eindproduct kijkt kan je concluderen dat de filmmakers redelijk dichtbij een perfecte aanpassing zijn gekomen.
Voor de eerste helft wordt het verhaal verteld in de vorm van flashbacks. Het begint echter in het nu. Een jong meisje wordt verminkt gevonden en de politie heeft geen bruikbare aanknopingspunten alhoewel er in het gebied andere moorden op jonge kinderen geweest zijn. Mike, een bibliothecaris in de veertig die in Derry, waar de moorden plaatsvinden, woont, begint te vermoeden dat Pennywise terug is gekomen. Pennywise, de dansende clown, had dertig jaar geleden kinderen genomen toen Mike en zijn vrienden nog jong waren. Ze hebben destijds een pact gemaakt om tegen de clown te vechten, en zworen dat als hij ooit terugkomt, ze allemaal terug zouden komen naar Derry om weer tegen het monster te vechten. Wanneer Mike een foto vindt van een jongen die dertig jaar eerder werd gedood, weet hij dat het tijd is om zijn vrienden bij elkaar te roepen om zich aan hun belofte te houden. Via telefoongesprekken met de zes vrienden komen we langzaam achter de echte gruweldaden die zij dertig jaar eerder hebben meegemaakt.
4. Misery (Rob Reiner, 1990)
Rob Reiner weet hoe hij een Stephen King verhaal aan moet passen voor het grote scherm. Hij heeft het twee keer gedaan en in beide gevallen kon de schrijver zelf het resultaat waarderen. Dat is bijzonder, omdat King zelden positief is over filmmakers die z’n werk hebben aangepast. Toevallig is één van z’n favorieten The Shawshank Redemption, die niet in deze lijst voorkomt.
King geniet van Reinier’s filmische vertaling van Misery. Het boek is één van King’s beste en mixt wrede, zelfreferentiële humor met moorddadige sensatie die net zo perfect op het scherm werkt als op de pagina.
James Caan speelt Paul Sheldon, een succesvolle schrijver die bekend is geworden met romantische verhalen over Misery Chastain. Maar hij is het karakter saai gaan vinden en besluit haar te dood te laten gaan in haar laatste verhaal op papier. Als hij zich terugtrekt in z’n favoriete hut in Silver Creek, Colorado om z’n nieuwe boek te schrijven, komt hij in een sneeuwstorm terecht en botst met z’n auto. Hij wordt gevonden door Annie Wilkes (Kathy Bates), een verpleegster, die hem bewusteloos meeneemt naar haar huis. Wanneer hij wakker wordt, legt ze uit dat hij twee gebroken benen heeft en dat hij vanwege de sneeuw niet naar het ziekenhuis kan gaan totdat het weer beter wordt. Ze vertelt hem ook dat ze zijn grootste fan is.
Naarmate Sheldon langzaam beter wordt, koopt Wilkes zijn nieuwste Misery roman en begint te lezen. Wanneer ze er achter komt dat hij Misery aan het einde van het boek dood heeft laten gaan, wordt ze extreem boos. Ze vertelt hem dat niemand hem komt helpen en hij een nieuw boek moet schrijven waar Misery weer tot leven komt. Wanneer Sheldon het boek begint te schrijven, gekluisterd aan het bed, komt hij er langzaam achter wat Wilkes haar karakter is door af en toe de kamer te verlaten als ze in de stad is. Hij ontdekt dat ze ooit veroordeeld was omdat ze baby’s had vermoord en weet dat hij het huis niet zal verlaten, tenzij hij aansterkt en voor z’n leven vecht.
Misery is een briljante thriller. Kathy Bates geeft één van haar beste rollen als de psyhotische Annie Wilkes. Het bevat één van de meest aangrijpend effectieve momenten in welke Stephen King verfilming ook (waarin Wilkes de enkels van Sheldon breekt met een hamer zodat hij niet kan ontsnappen).
3. Carrie (Brian De Palma, 1976)
Brian de Palma zou later een soortgelijke film over telekinese maken als Carrie, maar alhoewel The Fury effectief is, is de film niet zo goed als Carrie. Het is één van de Palma’s beste films, net zoals het één van King’s beste boeken is. Carrie was zelfs King’s debut, en wat voor eentje.
De film vertelt het verhaal van Carrie White. Carrie is een “loner” – ze heeft geen vrienden en wordt constant op school gepest. Thuis heeft ze maar te luisteren naar haar dominerende en zeer religieuze moeder die haar dochter straf geeft als ze voor het eerst ongesteld wordt. Carrie ontdekt echter dat ze de kracht van telekinese heeft en dat ze objecten kan bewegen zonder ze aan te raken.
Eén van de meisjes die haar pestte voelt zich schuldig en overtuigt haar populaire vriendje om haar mee te nemen naar het eindfeest. Alhoewel Carrie eerst voorzichtig is, vind ze het uiteindelijk iets waar ze naar uitkijkt. Toch besluiten andere pestkoppen om haar verschijning op het feest te gebruiken om haar te kleineren. Hun acties leiden tot één van de meest angstaanjagende en effectieve horrorfilm eindes ooit.
Carrie heeft een fantastisch verhaal en een sterke vertolking van Sissy Spacek en een sterke bijrol van Piper Laurie als haar moeder. De Palma past ook perfect bij het materiaal van King – de vrouwelijke seksualiteit en voyeurisme waar de regisseur in andere films mee heeft geflirt is hier ook aanwezig.
2. Stand By Me (Rob Reiner, 1986)
Gordon Lachance (Wil Wheaton), Chris Chambers (River Phoenix), Teddy Duchamp (Corey Feldman) en Vern Tessio (Jerry O’Connell) zijn vier vrienden die in Castle Rock, Oregon wonen. Ze komen dichter bij elkaar door bepaalde omstandigheden en nog verder door hun turbulente achtergronden. Het lijkt onschuldig om in hun boomhut rond te hangen, maar wanneer Vern uiteindelijk wordt toegelaten nadat hij de geheime klopcode vergeten is, vertelt hij hen dat hij weet waar ze een lijk kunnen vinden. Ze zijn benieuwd en besluiten om op zoek te gaan naar dit lichaam dat kilometers ver weg ligt. Ze pakken hun spullen in en lopen langs het treinspoor terwijl ze niet echt weten waar ze naar toe gaan en helemaal niet wat ze gaan doen als ze er eenmaal zijn.
Zoals eerder gezegd, zijn er maar weinig regisseurs die een verhaal van Stephen King aangepast hebben waarbij de schrijver hun film ook goed vond, maar in dit geval was King extreem blij met de productie. Hij zegt zelf dat dit waarschijnlijk de beste film is die op basis van zijn werk gemaakt is, vooral omdat het menselijke aspect er voor zorgt dat de film voortstuwt. Het is dat aspect waar schrijvers Gideon en Evans het meest gebruik van maken. Ze concentreren zich op het opbouwen van sterke, gelaagde karakteristieken van de vier jongens, waardoor ze allemaal uniek zijn.
Volgens Reiner geven de vier hoofdrolspelers zulk goede spel dat hij maar minimaal aanwijzingen hoefde te geven. De vier acteurs brachten met gemak hun rollen naar het scherm. Omdat Reiner een achtergrond in acteren had, kon hij zich inleven in wat ze nodig hadden en liet hij ze ook gedeeltelijk zichzelf zijn, waardoor de groep een heerlijke dynamiek creëerde die de karakters tot leven bracht.
1. The Shining (Stanley Kubrick, 1980)
Eén van de weinige voorbeelden van een film die beter is dan het boek. Stanley Kubrick’s The Shining is een meesterwerk op het gebied van film. Het feit dat het de brontekst voorbij streeft was genoeg reden voor Stephen King om z’n ongenoegen te uiten met Kubrick’s visie.
Kubrick laat veel van de expositie van het boek weg en focust het verhaal op het kind Danny (Danny Lloyd) en de steeds slechter wordende psyche van vaker Jack (Jack Nicholson). De familie Torrance gaat in het Overlook Hotel wonen wanneer vader Jack een baan als huisbewaarder neemt. Tijdens de wintermaanden is het hotel leeg en zijn de familieleden de enige bewoners. Danny lijkt dingen te kunnen zien en ontdekt de spoken van twee jonge meisjes die in het hotel zijn vermoord. Terwijl Danny meer leert over z’n omgeving wordt de psyche van vader Jack steeds slechter doordat hij overgenomen lijkt te worden door het supernatuurlijke kwaad dat aanwezig is in het hotel. Wanneer Jack uiteindelijk gevaarlijk wordt moeten Danny en moeder Wendy (Shelley Duvall) vechten om in leven te blijven.
The Shining is de beste film die gebaseerd is op een boek van Stephen King. Het wijkt misschien meer af van de bron dan andere films in deze lijst, maar dat is juist het sterke aan deze titel. Het is de visie van Kubrick op het verhaal die het een extra dimensie geeft – het is een verhaal dat filmisch is, niet literair, en het wordt hier op theatrale wijze tot leven gebracht. Jack Nicholson’s stuwt de film zelfs nog naar een hoger nivo maar uiteindelijk is de film een meesterwerk door Kubrick en niet door King. Dat neemt echter niets weg van het feit dat het concept van King briljant is, wat de basis vormt voor een horror verhaal waar je ingezogen wordt. Gelukkig voegt Kubrick daar nog iets aan toe waardoor het boek op de beste manier op het doek tot leven kwam.
Deze top 10 verscheen origineel op Top10Films.co.uk en is geschreven door Dan Stephens
Mooie lijst, maar ik mis twee (in mijn ogen) meesterwerkjes: ‘Cujo’ en ‘The Green Mile’.
Misschien moet ik de volgende keer nog een extra stukje toevoegen van mezelf waar ik beschrijf welke titels ik er zelf in mis/zou zetten 🙂
Cujo heb ik niet gezien, maar The Green Mile zou van mij zeker wel een plek krijgen.
Zo’n lijst is niet compleet zonder The Shawshank Redemption!
Dan noemde ‘m wel even, maar bij mij zou hij ook niet ontbreken…
The Stand had misschien ook genoemd mogen worden.
Misschien, maar die titel heb ik zelf volgens mij nooit gezien…
Mooie lijst, al ben ik groot fan The Mist 😉
Nog een kijktip van Nightmares & Dreamscapes:
https://www.youtube.com/watch?v=e_9TrvNzxWA
Ja, The Mist vond ik zelf ook heel erg tof!
Pingback: The Dark Tower (2017) – Recensie | De Filmkijker