Wanneer je m’n blog al langer leest, dan zal het je niet ontgaan zijn dat ik een enorme interesse heb in verdwenen bioscopen. Toen ik een mailtje van uitgever Lecturis ontving met het nieuws dat ze een boek uitbrachten over de geschiedenis van film en bioscopen in Haarlem, was m’n interesse meteen gewekt.
Haarlem Filmstad is een flink boek, met meer dan 250 bladzijden. De onderwerpen zijn zeer gevarieerd, zowel reisbioscopen als alle vaste bioscopen komen aan bod, inclusief fotomateriaal. Maar ook belangrijke personen krijgen hun eigen hoofdstuk, zoals Annie Bos, die acteerde in producties van Filmfabriek Hollandia. Alex Benno, die voor deze productiemaatschappij belangrijk was als impresario. Maar ook Dick Laan, die bekend is van de Pinkeltje boeken, komt aan bod, want hij schreef niet alleen, hij maakte ook speelfilms. Het boek beslaat een periode van 1898 tot de komst van Pathé naar de stad in 2011. De verschillende auteurs hebben samen een mooi document opgeleverd dat in ieder geval voor mensen uit Haarlem en omstreken interessant is, maar ook voor degenen die meer over de Nederlandse filmindustrie willen weten.
Ik sprak met Harry Hosman, de hoofdauteur over Haarlem, de huidige filmindustrie in Nederland en meer:
In de inleiding schrijf je dat Haarlem voor de oorlog dé filmstad van Nederland was. Wat is jouw band met deze stad en de reden dat je er een boek over wilde maken?
Zo’n vijf jaar geleden heeft Nicolette Andriessen in Haarlem een groepje om zich heen verzameld om de filmgeschiedenis van Haarlem vast te laten leggen. Cinema palace, de laatste oude bioscoop in het centrum van de stad, was toen al enkele jaren dicht. Het betekende de afsluiting van tientallen jaren waarin het beeld van de binnenstad voor een deel werd bepaald door zes, zeven bioscopen. Via via ben ik bij dat groepje beland. Er waren plannen voor een boek, een tentoonstelling en een filmfestival. Ik heb me vooral bezig gehouden met het boek. De afgelopen twintig jaar zijn er over het bioscoopleven in een aantal andere Nederlandse steden studies verschenen, maar over de rijke geschiedenis van de Haarlemse bioscopen was nog niets gepubliceerd. Bovendien was Haarlem voor de oorlog een belangrijke filmstad. Ik kende de filmgeschiedenis van Haarlem een beetje. Over de Filmfabriek Hollandia en Maurits Binger is al het een en ander verschenen, maar wat ontbrak was een boek waarin ook allerlei andere filmbedrijven en filmmakers in Haarlem belicht zouden worden. En hun onderlinge verbanden. Zoals tussen Hollandia, Multifilm en Polygoon bij voorbeeld. Na de oorlog was het de stad van de beginnende filmmaker Lennaert Nijgh, van animatiefilmer Gerrit van Dijk.
Het boek is zeer breed opgezet en behandelt zowel de filmindustrie in de stad, belangrijke personen, maar ook een scala aan bioscopen die inmiddels niet meer bestaan. Heb je daar ook persoonlijke herinneringen aan?
Ik ben in Haarlem geboren, zat hier op de middelbare school, mijn kinderen zijn hier opgegroeid. Dus ik kende alle bioscopen van de stad. Zag Jour de fête van Tati met mijn moeder in de Studio, zag als twaalfjarige de Duits Joegoslavische westerns naar de boeken van Karl May in de Lido, Psycho van Hitchcock in de nachtvoorstelling in Frans Hals, Turks Fruit in de Luxor, Once upon a time in the west van Sergio Leone in de Roxy.
Heb je tijdens het onderzoek voor dit boek nog verrassende ontdekkingen gedaan?
Haarlem is een typisch Hollandse stad. Iedereen in het culturele leven kent elkaar. Je komt steeds dezelfde 200, 300 namen tegen. Dat zie je ook in de filmgeschiedenis terug. De Haarlemse culturele elite die voor de oorlog lid werd van de Filmliga, speelde na de oorlog een rol bij de Filmgroep H 46. De filmmakers kenden elkaar ook allemaal, steunden elkaar. Ik had niet gedacht dat de onderlinge banden zo sterk waren. Het werkte ook een tikje verstikkend, denk ik. En de invloed van Amsterdam was en is groot. Bioscoopondernemers uit Amsterdam exploiteerden theaters in Haarlem. Haarlem had en heeft veel voordelen dat het zo dicht bij Amsterdam ligt. Filmmakers filmen graag in deze omgeving. Het is goedkoper en minder druk. Maar het grote nadeel is natuurlijk dat Amsterdam een enorme aantrekkingskracht heeft op mensen met ambitie. Maar het is een fantastische stad en omgeving voor mensen met kinderen.
Wat is jouw mening over de huidige staat van het Nederlandse film en bioscooplandschap?
Ik schrijf een boek over het beeld van Amsterdam in film en tv-serie en daardoor heb ik de afgelopen jaren ontzettend veel Nederlandse films gezien. En nog steeds volg ik alle Nederlandse films. Veel films geven een prachtig tijdsbeeld, zijn nu soms beter te verteren dan bij de première. Maar vergeleken bij België en Denemarken scoren we niet best op internationale festivals. Ook dit jaar draait er geen Nederlandse film in een van de onderdelen van het Filmfestival van Cannes, het belangrijkste festival van de wereld. Dat is toch de graadmeter, tenminste als het gaat om artisticiteit. Maar er staat zonder twijfel een keer een Nederlandse filmmaker op die wel wordt uitgenodigd op internationale festivals.
Over het bioscooplandschap hier hoef je niet te klagen. Bijna alle belangrijke films van Cannes en de andere grote festivals draaien in de Nederlandse filmtheaters. De Filmschuur in Haarlem is een van de best bezochte theaters van ons land. Haarlem heeft een gemiddeld hoog opgeleid publiek. Er zijn plannen om in de voormalige gevangenis De Koepel een filmtheater met vijf zalen te bouwen. Een geweldig initiatief. Hopelijk lukt dat. Er is ruimte voor in Haarlem.
Wie zou Haarlem Filmstad moeten aanschaffen en waarom?
Niks moet, maar als je belangstelling hebt voor film en je kent de Haarlemse bioscopen dan zou ik het boek aanschaffen. Voor veel Haarlemmers zal het een feest der herkenning zijn. We hebben geprobeerd op een toegankelijke manier de geschiedenis te vertellen, voor een breed geïnteresseerd publiek. Het gunt de Haarlemmers ook een blik achter de schermen van de bioscopen. En dankzij uitgever Lecturis en vormgevers Marc Koppen en Britt Smits is het ook mooi uitgegeven.
Bestel Haarlem Filmstad bij Bol.com: